De National Electrical Code staat het gebruik van metalen leidingen en buizen toe als aardingsgeleider voor apparatuur, mits deze correct is geïnstalleerd.
Voordat u deze als zodanig in een bestaande installatie gebruikt, moet u echter controleren dat het een voldoende ononderbroken pad naar aarde biedt.
National Electrical Code 2014
Hoofdstuk 3 Bedradingsmethoden
Artikel 342 Tussenliggende metalen buis: Type IMC
342.60 Aarding. IMC is toegestaan als aardingsgeleider voor apparatuur.
Artikel 344 stijve metalen buis: type RMC
344.60 Aarding. RMC is toegestaan als aardingsgeleider voor apparatuur.
Artikel 348 Flexibele metalen buis: Type FMC
348.60 Aarding en verbinding. Indien gebruikt om apparatuur aan te sluiten waar flexibiliteit nodig is om de overdracht van trillingen van apparatuur te minimaliseren of om flexibiliteit te bieden voor apparatuur die na installatie moet worden verplaatst, ent aardgeleider moet worden geïnstalleerd.
Waar flexibiliteit niet vereist is na installatie, mag FMC worden gebruikt als aardingsgeleider voor apparatuur indien geïnstalleerd in overeenstemming met 250.118 (5).
Waar vereist of geïnstalleerd, moeten aardingsgeleiders voor apparatuur worden geïnstalleerd in overeenstemming met 250.134 (B).
Waar vereist of geïnstalleerd, moeten verbindingsbruggen voor apparatuur worden geïnstalleerd in overeenstemming met 250.102.
Artikel 350 Vloeistofdichte flexibele metalen buis: Type LFMC
350.60 Aarding. Aarding en verbinding voor LFMC moeten worden geïnstalleerd in overeenstemming met 350.60 (A) en (B).
(A) Indien gebruikt om apparatuur aan te sluiten waar flexibiliteit nodig is om de overdracht van trillingen van apparatuur te minimaliseren of om flexibiliteit te bieden voor apparatuur die na installatie moet worden verplaatst, moet een aardingsgeleider voor apparatuur worden geïnstalleerd.
Waar flexibiliteit niet vereist is na installatie, mag LFMC worden gebruikt als aardingsgeleider voor apparatuur indien geïnstalleerd in overeenstemming met 250.118 (6).
Waar vereist of geïnstalleerd, moeten aardingsgeleiders voor apparatuur geïnstalleerd in overeenstemming met 250.134 (B).
Waar vereist of geïnstalleerd, moeten verbindingsbruggen voor apparatuur worden geïnstalleerd in overeenstemming met 250.102.
(B) Waar Airconditioning of koelapparatuur wordt buitenshuis geïnstalleerd, een aardingsgeleider voor apparatuur volgens 250.118 (1) moet worden voorzien in de toevoerkanaal en moet worden gedimensioneerd per 250.122.
Artikel 358 Elektrische metalen buizen: Type EMT
358.60 Aarding. Aarding en verbinding EMT moet worden geïnstalleerd in overeenstemming met 358.60 (A) en (B).
(A) EMT is toegestaan als aardingsgeleider voor apparatuur
(B) Waar airconditioning- of koelapparatuur buitenshuis is geïnstalleerd, moet een apparatuurgrond ding conductor per 250.118 (1) zal worden voorzien in de toevoerkanaal en zal de afmetingen hebben per 250.122.
Artikel 360 flexibele metalen buizen: Type FMT
360.60 Aarding. FMT is toegestaan als aardingsgeleider voor apparatuur indien geïnstalleerd in overeenstemming met 250.118 (7).